24 januari 2012: kunstmest in bigbags

Dinsdagmorgen is de kunstmest in bigbags gearriveerd. Na het opstellen van het bemestingsplan vorige week, is de kunstmest al op voorraad gezet bij mij. Als ik het nodig heb kan ik het direct gebruiken. Gelukkig heb ik ruimte voor 51 bigbags van 600 kg.

24 januari 2012: kunstmest in bigbags

Bigbags opgesteld in de schuur.

24 januari 2012: kunstmest in bigbags

Op elke bigbag staat een etiket met de naam van de meststof en de hoeveelheid kg. Zo kan ik straks zien welke bigbag ik nodig heb.

22 januari 2012: bemestingsplan

Donderdagmorgen is een adviseur van Agrifirm langs geweest om voor 2012 een bemestingsplan te maken. Elk jaar rond deze tijd laat ik zo’n bemestingsplan opmaken. Door zo’n plan maak je inzichtelijk wat voor soort en hoeveelheid bemesting (mest, kunstmest, overige ) je komend jaar gaat gebruiken op je gewassen. Dit om je gewassen zo optimaal te laten groeien binnen de regels die we als akkerbouwer opgelegd hebben gekregen van de overheid.

Want onbeperkt kunstmest strooien op je land mag niet. En je mag ook niet onbeperkt mest laten uitrijden over je land. Daar is het mestbeleid voor gemaakt in Nederland. Fosfaat en stikstof zijn de elementen die in het mestbeleid naar voren komen. Want overmatig gebruik van mest –zowel dierlijke mest als kunstmest- heeft negatieve gevolgen. Zoals te veel algen in sloten, waardoor planten en vissen verstikken. Of teveel nitraat in het drinkwater. Om deze gevolgen zoveel mogelijk te beperken, is het mestbeleid ingevoerd. Dit beleid is gebaseerd op de Europese Nitraatrichtlijn. (bron: rijksoverheid)

Voor de teelt van een gewas heeft de overheid gebruiksnormen ingesteld. De gebruiksnormen geven aan hoeveel stikstof en fosfaat we maximaal mogen gebruiken. Voor uien mag je bijvoorbeeld maximaal 170 kg stikstof/ha gebruiken, maar voor wintertarwe is dat 245 kg stikstof/ha. Deze getallen zijn gebaseerd op wat een gewas nodig heeft om een optimaal economisch resultaat te geven. Te veel heeft ook geen zin voor ons want dat kost ons alleen maar geld.

Voor fosfaat is het anders. Daar geldt een vaste norm/ha. Heeft de grond waar de gewassen op groeien een lage fosfaattoestand dan kunnen we deze norm nog iets verhogen. Maar dat moeten we wel aan kunnen tonen m.b.v grondonderzoeken genomen door een geaccrediteerd laboratorium.

Door extra regels, ( bijvoorbeeld  geen stikstof strooien over bevroren grond, drijfmest toepassen na half februari, zaai je een groenbemester na een teelt dan mag je weer extra stikstof gebruiken etc. ) word het er voor ons als akkerbouwer niet makkelijker op. We moeten goed nadenken wanneer we iets doen of het wel mag of kan. Met andere woorden het is een hele materie, maar wel belangrijk. Want doen we het niet goed, door teveel stikstof of teveel fosfaat te gebruiken dan worden we bekeurd. Deze boetes lopen al gauw op. Dat hebben we liever niet. Dus vandaar dat het belangrijk is om een plan te maken. Hoe het allemaal verder werkt is op de website van ministerie van E & L te vinden.

Door het maken van het bemestingsplan krijg ik nu ook inzichtelijk hoeveel kunstmest ik moet aankopen. Deze heb ik door het plan gelijk besteld. Volgende week komt er een vrachtwagen vol gevuld met bigbags. In deze bigbags gaat 600 kg kunstmest. Deze bigbags kan ik straks makkelijk legen boven de kunstmeststrooier. Door het kunstmest nu al te laten komen, kan ik , wanneer straks het gewas de kunstmest nodig heeft direct gaan strooien.

22 januari 2012: bemestingsplan

15 januari 2012: eerste helft van januari

De maand januari is inmiddels 15 dagen onderweg. Nog steeds geen vorst, maar wel veel wind en al 80 mm regen. Tevens zie je door het zachte weer dat de wintertarwe percelen er mooi groen van kleur op staan. Maar de winter is nog niet voorbij, want komende week worden de nachten al wat kouder.

Afgelopen week de laatste machines en trekker schoon gemaakt. Tevens een paar vergaderingen en een excursie naar SES van der Have te Rilland. Met de diverse suikerbieten proefveldhouders die door heel Nederland zitten hebben we de fabriek van SES van der Have in Tienen (Belgie) bezocht. Daar kregen we te zien hoe het zaad zijn weg vind naar zaad wat geschikt is om te zaaien. Daar is een heel proces mee gemoeid. In Rilland kregen we te horen hoe de veredeling gaat van het suikerbietenzaad.

Donderdagmiddag een eerste bijeenkomst van Veldleeuwerik bijgewoond in Nagele. In de Stichting Veldleeuwerik werken agrarische ondernemers, adviseurs, afnemers, leveranciers en verwerkende industrie samen aan een duurzame voedselproductie. Komend jaar worden er weer nieuwe groepen opgestart van ca. 8 akkerbouwers per groep. Ik doe daar dit jaar ook aan mee met een groep. Het is de bedoeling dat ik een duurzaamheidsplan ga opstellen. Met de groep gaan we tijdens het seizoen allerlei dingen bespreken wat met duurzaamheid te maken heeft.

Deze middag was voor mij ook een eerste kennismaking met Veldleeuwerik. Niet kerende grondbewerking was 1 onderwerp dat deze middag gepresenteerd werd. Heel interessant. In Flevoland is 1 teler hiermee al aan het experimenteren. Dat betekent niet meer ploegen of spitten, want dat zou het bodemleven o.a. negatief beinvloeden.
Over een aantal jaren zullen we zien of dit ook steeds meer in Flevoland toegepast gaat worden.