1998

25 februari kon de wintertarwe al vroeg bemest worden. De structuur van de grond was na de winter van 1997 toch mooi.
Op 25 maart is het erwtenland klaargemaakt waarna ze de volgende dag gezaaid zijn. Het weekend erna is het bietenland klaargemaakt. Deze zijn de 31e maart gezaaid.

6 april kwamen de eerste doperwten al boven. 22 april de suikerbieten.
Na een tijdje van wisselvallig weer konden de uien op 23 april worden gezaaid.
De uien teelde ik toen nog voor De Groot en Slot. Er worden diverse ouderlijnen gezaaid die het jaar erop weer worden geplant in Frankrijk tbv zaaizaadvermeerdering.
Het beoordelingsproefveld van De Groot en Slot werd op 1 mei gezaaid.

De aardappels werden pas 4 en 5 mei gepoot. Door de natte aprilmaand aan de late kant.
Doordat ik het pootgoed begin april al had opgehaald moesten deze een keer omgestort worden ivm de groter wordende kiemen. (zie foto onder)

1998


8 en 9 mei zijn de aardappelruggen opgefreesd.

In 1998 had ik ook voor het eerst een stuk land voor de verhuur van tulpen en irissen.

1998

Koppen van de tulpen


De tulpen en irissen moesten 20 en 21 mei worden beregend.

De doperwten begonnen 23 mei te bloeien.

De eerste ellende van 1998 begon in juni. Door vele regen begin juni konden we niet meer zelf met de tractor de aardappels spuiten tegen phytophtora.
Gelukkig konden we in die tijd de aardappels nog bespuiten met het sproeivliegtuig.

De sproeivliegtuigen hadden het erg druk omdat iedereen wilde spuiten met het vliegtuig. Het was ook nog eens ideaal schimmelweer waardoor er toch wat phytophtora in het gewas kwam.

1998

De eerste flinke wateroverlast in juni.

1998

De eerste flinke wateroverlast in juni.


26 juni zijn de erwten gedorsen, ca 6,5 ton/ha. In de aardappels werd steeds meer phytophtora gevonden.

1998

Er moest in 1998 veel gespoten worden om de phytophtora de baas te blijven.


29 juni werden de eerste tulpen gerooid. Er werd veel grond meegerooid. (zie foto onder)

1998

4 juli waren alle tulpen gerooid.


Gelukkig kregen we later het seizoen door mooie warme dagen de phytophtora in de aardappelen onder controle.

10 augustus werd de wintertarwe gedorsen.

1998

Omdat de wintertarwe ( 4 ha) voor zaaizaadvermeerdering naar Emmeloord moest kon deze tarwe rechtstreeks in onderlosser worden gelost. De andere tarwe (voer) konden we zelf naar Swifterbant vervoeren.
De tarwe werd onder goeie omstandigheden gedorst. De opbrengst viel wel tegen ( rond de 8 ton/ha).
Dit kwam door de natte junimaand waardoor vooral veel aarfusarium voorkwam.

18 augustus heb ik nog 5,8 ha land gediepploegd. Dit is het tweede stuk. In 1997 had ik al 3,6 ha omgeploegd. De diepte is 65 cm.

Vanaf 18 augustus zijn er al wat uien gerooid. Deze waren al voldoende uitgegroeid.

Eind augustus zijn de irissen gerooid. (zie fotos onder)

1998 1998

De omstandigheden om te rooien waren goed. Alleen het land, wat de irissen achter liet, is niet zo mooi. Dit zal in 1999 als er aardappels op komen te staan zeker merkbaar zijn.


Vanaf begin september is het af en toe behoorlijk gaan regenen. Daardoor konden we pas eind september de Bintjes rooien. Het was warm weer maar het rooien verliep moeizaam. De grond is door de vele regenval in 1998 erg slecht. Het restant van de uien zijn ook rond deze tijd gerooid. Dat is ook een stuk later dan normaal (begin september). Nadat onze aardappels gerooid waren, zijn we verder gegaan bij mijn collega. Hier moest 16 ha worden gerooid. Het rooien verliep nog langzamer als bij ons zelf.
Op donderdag 8 oktober moesten we nog een paar ha rooien toen het regenwater met bakken uit de hemel naar beneden viel. Dit was ook de laatste kans want we kregen geen kans meer om de rest te rooien.
Hetzelfde gold voor onze uien. Die konden we niet opladen omdat we nog aan het aardappelrooien waren.

Op 14 oktober heb ik wel 3,6 ha bieten gerooid. Deze bieten stonden op vers gediepploegde grond. En dat hebben we geweten. Met onze enkelassige kipwagens konden we niet over het land. We zakten te diep weg in de grond. De verse grond was te los. Zelfs de bietenrooier, een 6 rijige Vervaet, had moeite om te blijven rijden. Met kipwagens met tandemas konden we de bieten gelukkig van het land krijgen.
Op 27 oktober ging het echt mis met het weer. Meer dan 50 mm neerslag. Weer staat alles blank.

1998

Talud stort pleksgewij in

1998

Sommige uien zijn naar elkaar toe gedreven.

1998

Uien onder water

Foto’s Wateroverlast Noord Nederland


Door de wateroverlast in Nederland stijgen de aardappelprijzen ook fors. Op 2 november heb ik 100 ton Bintjes verkocht voor 0,204 eurocent/kg. Op 7 november hebben we met 40 man nog uien opgeraapt. 122 kisten uien van 600 kg zijn zodoende nog gered. (Fotos onder)

1998 1998

Het was voor de 40 man wel afzien in het koude weer en blubber.
Voor het aardappelrooien is het nog steeds te nat.
Op 18 november zijn de laatste suikerbieten gerooid. Het begon al wat kouder te worden. De volgende dag vroor het al behoorlijk. De suikerbieten konden direct afgedekt worden.

1998

Suikerbieten

Vanaf dat moment was de aardappeloogst verloren. Ook het restant van mijn uien ( 1ha ) is niet meer opgeladen. Deze zijn later omgeploegd.
De aardappels die ik gelukkig wel in de schuur had werden alsmaar duurder. De laatste aardappels heb ik zelfs nog voor 28 eurocent/kg verkocht.
Voor de boeren die de aardappels en andere gewassen verloren hebben zien gaan kwam er een speciale waterschaderegeling of oogstschaderegeling. Wel was er een eigen risico waardoor ik mijn 1 ha uien niet meer vergoed kreeg.

1998

Spitten in de blubber.

Al met al zal ik het beruchte jaar 1998 niet gauw meer vergeten.

Waterschaderegeling door Brussel goedgekeurd