13 september 2013; loofvernietiging aardappelen

Vrijdagmorgen 13 september heb ik het aardappelloof doodgespoten. Omdat het loof van de aardappelen inmiddels flink slijt en de groei van de knollen nagenoeg gestopt is heb ik het loof doodgespoten. Loofvernietiging is nodig om knolbeschadiging tijdens het rooien te voorkomen en tevens laten de knollen beter los van de stengel. Je kunt het loof wel natuurlijk laten afsterven maar dat duurt te lang en daarnaast moet je nog steeds blijven spuiten tegen de gevreesde aardappelziekte, phytophtora infestans. Door regelmatig proefrooiingen te doen kan ik zien of er nog veel groeipotentie in het gewas aardappelen zit. Dat is nu niet veel meer. Vandaar. De tijd gaat ook door. Na het spuiten moet men namelijk nog 2-3 weken wachten met rooien om de aardappelschil goed te laten afharden. In ons geval zou dat begin oktober zijn.

13 september 2013; loofvernietiging aardappelen

Met de spuit word het middel verdunt met 450 liter water per ha over het gewas verspoten. Zo worden alle delen van de plant zoveel mogelijk geraakt. De knollen worden uiteraard niet geraakt.


13 september 2013; loofvernietiging aardappelen

Na 4 uur zie je dat het gewas al iets reageerd op de bespuiting.


13 september 2013; loofvernietiging aardappelen

2 dagen na loofvernietiging.

8 augustus 2013; antispruitbehandeling uien

Donderdagavond onder perfecte weersomstandigheden een antispruitbehandeling uitgevoerd in de uien.
Omdat ik de uien zelf bewaar is het wel belangrijk dat tijdens de bewaring van de uien in de uienopslag de uien niet gaan kiemen. Omdat te voorkomen krijgen de uien tijdens het groeiseizoen een antispruitbehandeling. Ongeveer 90 % van de uien in Nederland worden geexporteerd over de hele wereld. Afhankelijk van de bestemming zijn ze lang onderweg . Ze liggen in containers op een vrachtschip of in een vrachtwagen. De koper van de uien wil wel dat de ui nog van mooie kwaliteit is en niet dat er allerlei kiemen uit de uien komen. Een antispruitbehandeling is daarom erg belangrijk. Een antispruitbehandeling in de uien word uitgevoerd als het gewas begint te strijken. Dit vindt meestal plaats vanaf eind juli tot begin augustus. Het strijken van de uien wil zeggen dat het uienloof wat eerst nog recht overeind staat langzaam gaat liggen. De verhouding nek/bolverhouding is ook bepalend. Deze moet minimaal 1:3,5 zijn. In deze periode is het moment om een antispruitbehandeling uit te voeren. Spuit je vroeger dan is er een kans op holle uien of losse rokken. Bij later spuiten is de opname minder en dan is de kans groter dat de uien eerder gaan kiemen en dus eerder verkocht moeten worden. Met de spuitmachine word het middel opgebracht. Het antispruitmiddel heeft minimaal 2 weken nodig om volledig door de bol opgenomen te worden. Na de bespuiting moet het ook nog 10 uur droog zijn. Niet elk jaar zijn de omstandigheden om te spuiten ideaal. Eind november word er voor de zekerheid nog een kiemproef gedaan. Door wat uien in een kistje met grond in een warme omgeving te zetten kan men na een tijdje zien of de uien kiemlustig zijn. Die uitslag kan van invloed zijn op het verkoopmoment van de uien.

8 augustus 2013; antispruitbehandeling uien

1 augustus 2013; distels te lijf

Tussen de aardappels staan dit jaar pleksgewijs wat distels. Deze heb ik grotendeels bovengronds verwijdert. (op de foto: de akkerdistel). De distels staan nu volop in bloei en sommige vormen al zaad. Een distel is voor de akkerbouwer een erg lastig te bestrijden onkruid. Omdat ze ondergronds via zogenaamde wortelstokken verder groeien. Weghakken helpt vaak ook niet. Hak je 1 wortelstok in 2 stukken dan groeien er daarna 2 distels uit. Door constant terug te komen met de hak word de wortelstok van de distel wel verder uitgeput. Maar elk jaar vind je ze dan toch weer terug op de akker. Distel is een onkruid dat grote problemen kan veroorzaken. Deze wortelt diep en vormt veel wortelstokken. Bovendien kunnen de distels zich via de wortelstokken vermeerderen, omdat stukjes wortel door grondbewerking worden verspreid over een perceel. Deze wortelstukjes bevatten vrijwel altijd knoppen die uitlopen en nieuwe distelplanten vormen (vegetatieve vermeerdering). Wanneer distelzaailingen zich toch op het perceel hebben gevestigd en zijn uitgegroeid tot planten, kunnen ze wortelstokken (rhizomen) gaan vormen.

Vermeerdering van planten
Mechanische bewerkingen kunnen als zij niet op het juiste tijdstip worden uitgevoerd en/of gevolgd worden door regen juist tot vermeerdering van de (akker)distelplanten leiden. De wortelstukjes krijgen de kans om op de ogen uit te lopen. In het groeiseizoen van het gewas betekent dit herhaald schoffelen als de gemiddelde akkerdistelplant ongeveer 7-8 centimeter hoog is. Dit komt overeen met zes tot acht bewerkingen per jaar.
Uiteraard kunnen bij goed drogend weer ploegen en/of stoppelbewerking in het voor- en/of najaar ook een bestrijdend effect hebben. Wanneer de eerste bloemknoppen beginnen te verkleuren kan de berm of de strook naast de natuurrand het best worden gemaaid. Er mogen geen nieuwe open kiemplekken ontstaan.

Levensvatbaar
Van bijvoorbeeld 100.000 zaadpluisjes bevatten er slechts 20.000 een zaadje.
Van deze 20.000 zaadjes zijn er 4.000 tot 8.000 levensvatbaar.
Daarvan zullen alleen bij hoge windsnelheden (krachtige wind, meer dan 5 beaufort) 40 tot 400 zaadjes verder dan 50 meter vanaf de moederplant worden verspreid.
Van deze 40 tot 400 zaden maken er 2 tot 48 zaden kans om te kiemen, mits zij in braakliggende grond terechtkomen. Als er een gewas staat, is de kans dat een kiemplant tot een volwassen plant uitgroeit lager. (Bron: Akkerwijzer )
Chemisch kunnen de distels ook bestreden worden maar dan moeten alle omstandigheden meezitten. In wintertarwe of later in een grasgroenbemester kunnen distels goed bestreden worden. Dit probeer ik dit jaar ook te doen. Maar door het wegvallen van sommige chemische bestrijdingsmethoden is het steeds moeilijker om ze zo te bestrijden. Alles moet meezitten. Ik heb de distels uit de aardappels er maar uit gehaald, want het is geen mooi gezicht. Mooi werk is het niet.

1 augustus 2013; distels te lijf

De akkermelkdistel heeft gele bloemen, de akkerdistel gezien op de eerste foto in dit artikel heeft paarse bloemen. De akkerdistel heeft tevens stekels.

1 augustus 2013; distels te lijf

De dikke wortelstok van een akkermelkdistel.

26 juli 2013; rupsen in de suikerbieten

Afgelopen dagen hebben rupsen van de Gamma-uil aan het blad van de suikerbieten zitten vreten. Af en toe heb je een jaar dat er meer rupsen zijn. 2013 is zo’n jaar. In de suikerbieten kwam ik afgelopen weekend rupsen tegen van de Gamma-uil. Hoge luchtvochtigheid in het voorjaar en later hoge temperaturen zijn factoren die rupsengroei bevorderen. Ze vreten aan het blad waarna je onregelmatige gaten ziet. De levenscyclus duurt ongeveer 56 dagen. Een vlinder zet 260 eieren af. Na ca. 10 dagen kruipen de rupsen uit de eieren. Ze vreten dan ongeveer 27 dagen aan de suikerbieten. Daarna verpoppen ze zich. Na 19 dagen kruipen de vlinders uit de pop en begint alles weer opnieuw. Per jaar kunnen er 2-3 levenscycli voorkomen. Bestrijding is meestal niet noodzakelijk. De schade is later in het seizoen. Als meer dan 30 % van het bladoppervlak dreigt te worden opgevreten is bestrijding wel zinvol. Een gesloten gewas kan namelijk 30% van het bladoppervlak missen voordat dit opbrengst kost.

26 juli 2013; rupsen in de suikerbieten

26 juli 2013; rupsen in de suikerbieten

26 juli 2013; rupsen in de suikerbieten

Vlinder.

19 juli 2013; uien wieden

Afgelopen week perfecte omstandigheden om de aan de chemische bestrijding onsnapte onkruiden te verwijderen.
De weinig aanhangende grond aan de onkruiden droogt razensnel op, zodat de kans op een nieuwe vochtverbinding met de grond nihil is. Naast de onkruiden hebben we ook een aantal aardappelplanten verwijdert. Deze planten zijn onstaan uit opslagknollen van twee jaar terug. Een lastig te wieden onkruid is kleefkruid, welke pleksgewijs voorkwam en tussen de rijen veelal het gemakkelijkst met de hand uit te trekken is. Met de hak loop je de kans, dat er uien sneuvelen of dat je niet de hele plant wegkrijgt. Het onkruid doet zijn naam eer aan. Op enkele plekken melkdistels verwijderd. Het is belangrijk, dat dit onkruid niet van buitenaf de percelen ‘inwaait’ via de vederlichte pluizen. Ondergrondse wortelstokken zijn erg moeilijk te bestrijden. De wortelstokken worden bij een mechanische bewerking verkleind en verder over een perceel verspreid. Vanuit een klein stukje wortelstok kunnen nieuwe volwassen planten groeien. Bij teelt van open gewassen, zoals uien heeft de onkruidbestrijding op de tochtwal extra aandacht nodig. Om de zoveel jaar worden de tochten uitgebaggerd en de grond over eerste meters van een perceel verspreid, de ’tochtwal’. Ongewenste onkruiden worden gratis meegeleverd ……. !
Kruiskruid, herderstasje en varkensgras zijn dit jaar op de tochtwal in ruime mate gekiemd en blijkbaar niet volledig te bestrijden met de bodemherbicide. Vooral klein kruiskruid heeft de vervelende eigenschap al in een klein stadium over te gaan tot knopvorming en vervolgens bloemvorming. Deze plant vormt net als de melkdistel superlichte witte vruchtpluizen, die gemakkelijk met de wind worden meegevoerd. In Flevoland lijkt het aantal exotisch planten in de diverse landschappen toe te nemen. De enorme berenklauw is hier een goed voorbeeld van. In het geval van de doornappel kunnen we spreken van een exotisch onkruid, welke sporadisch voorkomt. Via vogels of mest verspreid ?

27 mei 2012: weekoverzicht

De gewassen hebben door het warme zomerweer van afgelopen week en dit pinksterweekend een groeispurt gemaakt. De aardappels zijn inmiddels boven gekomen. Dat is zeker 14 dagen later dan vorig jaar en iets eerders dan in 2010. Op zich is dit volgens mij een normaal jaar wat dat betreft. Mijn opa was altijd rond deze tijd jarig en mijn vader zij dan tegen mij; als je opa jarig is dan staan de aardappels meestal net boven. En dat klopt. In Flevoland zie je wel verschillen in rassen en poottijdstippen. De vroeg gepote aardappelen zijn al verder en dat geld ook voor de vroege rassen.

Omdat er woensdag 23 mei in de avond onweer werd voorspeld heb ik de gok genomen om op het bieten en uienland nog wat kunstmest in de vorm van KAS (Kalkammonsalpeter) te strooien. Op een paar spatten na bleef de regen verder uit die avond. Misschien komt er komende week nog wat regen.

Het is ook goed weer om samen met mijn vader met de hak wat overgebleven klein kruiskruid onkruiden weg te hakken. Deze hebben de onkruidbestrijding die eerder gedaan zijn overleefd. Gelukkig zijn het er maar een paar en is het goed te doen.

27 mei 2012: weekoverzicht

Klein kruiskruid plantje.

Hak je dit onkruid niet weg dan komt het snel in bloei en gaat het zaad zich verspreiden en na regen kiemen zodat het een grote concurrent wordt van de ui. In de uienteelt is dit een lastig te bestrijden onkruid. Verder staan er soms tussen de uien nog wat straatgras kiemplantjes. Deze kan ik later nog wel bestrijden, maar ook dit is een lastig onkruid.

27 mei 2012: weekoverzicht

Afgelopen week heb ik ook voor het eerst de slootkanten en taluds gemaaid.

13 mei 2012: weekoverzicht frezen en afleveren

De aardappels zijn afgeleverd en de aardappelruggen aangefreesd.

Totaal 19 vrachtwagens met aardappelen zijn van oogst 2011 afgeleverd. De laatste vrachtwagen is donderdagmorgen 10 mei opgehaald. Allemaal zijn ze naar Farm Frites vestigingen in Nederland en Belgie gegaan waar ze tot heerlijke frites zijn verwerkt. Hoeveel kg er uit eindelijk weg gegaan is weet ik nog niet. Komende week komen de tarreercijfers.

Na het afleveren direct de bewaarplaats van de aardappelen weer schoongemaakt. Doordat er gebruikt word gemaakt van ondergrondse koeling, moeten deze zogenaamde koelgoten wel weer schoongemaakt worden. Door de natte septembermaand van 2011 is er toch aardig wat grond aan de aardappels blijven plakken en dat komt weer van de aardappel los tijdens het afleveren. Met het opscheppen van de aardappelen valt er dan kleigrond door de ventilatiekieren van de koelgoten.

Zondagavond 6 mei ben ik begonnen met het aanaarden van de aardappelruggen met de rijenfrees. Maandag 7 mei heb ik het afgemaakt. Tijdens het poten wordt er nog niet genoeg grond op de poters geworpen. Om de rug boven de poters nog groter te maken maken wij gebruik van een frees. We voorkomen onderandere dat de nieuwe gevormde aardappels tijdens het seizoen uit de rug groeien en groen worden.

13 mei 2012: weekoverzicht frezen en afleveren

Dit jaar ben ik precies een maand later met het frezen dan vorig jaar. Dat zegt al genoeg over het verschil met vorig jaar toen alles hard groeide door het prachtige voorjaar van 2011. Het frezen ging door de vochtige grond perfect. Met een snelheid van bijna 3 km/uur werden er prachtige, stevige aardappelruggen opgebouwd.

Om de 48 meter liggen er spuitpaden in het perceel aardappelen.

13 mei 2012: weekoverzicht frezen en afleveren

Door de brede spuitmachine maak ik gebruik van brede banden waardoor ik in het spuitpad de 2 buitenste ruggen niet poot. Op de frees zitten sporenwissers (foto boven) die ik naar beneden kan doen zodat er iets van de buitenste 2 aardappelruggen af wordt geschraapt. Zo rijdt de trekker met getrokken spuitmachine wat stabiele (foto onder).

13 mei 2012: weekoverzicht frezen en afleveren

Vanmorgen 13 mei rond 7 uur onder ideale omstandigheden (windstil weer, iets vochtige grond) de aardappelen tegen onkruid gespoten met bodemherbiciden. Om de aardappelrug goed te bedekken met middel is windstil weer wel het mooiste. Anders zou bij veel wind en een verkeerde windrichting het middel maar deels op 1 kant van de rug kunnen komen. Waar geen middel komt, komt wel onkruid en dat willen we voorkomen. Het onkruid beconcurreerd dan de aardappelen. Normaal gesproken kunnen we met 1 bespuiting het onkruid de baas aan.

25 april 2013; onkruidbestrijding

Nu de gewassen gezaaid zijn en de wintertarwe ook aan de groei is moeten de onkruiden bestreden worden. Deze beconcurreren namelijk het gewas. Door het groeizame weer ontwikkelt de wintertarwe zich snel maar ook de onkruiden. Voordat deze onkruiden te groot worden en opnieuw zaad gaan leveren is een bestrijding nodig. Op de foto’s onder, diverse onkruiden die ik in de wintertarwe tegenkwam. Met de samen met 2 collega’s gekochte spuitmachine uit 2009 kan ik 49 meter in 1 werkgang spuiten. Samen met de middelen tegen onkruid word er ook een zogenaamde groeiregulator meegespoten.


Het toepassen van een groeiregulator in granen heeft als doel de stengels van het graangewas te verstevigen en het verhinderen van legering van het gewas. Legering treedt vooral op bij legeringsgevoelige variëteiten, (te) veel stikstof, hevige neerslag en/of wind. Het gewas is daardoor zeer moeilijk te dorsen, meer vogelschade en de kwaliteit gaat sterk achteruit. Afhankelijk van de mate van het tijdstip en legering, zal de opbrengst en kwaliteit sterk gedrukt worden. (Bron: graanportaal.nl)
Het middel word gespoten als de zogenaamde eerste knoop voelbaar is in de hoofdspruit van het tarweplantje. Dit is nu het geval. Ook op het gezaaide uienland zijn al een paar bespuitingen uitgevoerd tegen onkruid. Omdat uien niet zo hard groeien en een nogal open gewas is kunnen onkruiden zich in dit gewas razendsnel ontwikkelen. Door steeds te werken met lagedoseringen van een middel en wat vaker terugkomen (4-7 dagen) kunnen we dit onkruid aan, tevens heeft het jonge uienplantje minder last van het middel. De grond op de foto is nog net vochtig, in dit geval spuiten we een bodemherbicide. Deze heeft vochtige grond nodig om zich te verdelen. De kiemende onkruiden nemen de middelen met hun wortels op en gaan vervolgens dood. De komende weken is het zaak dus om de gewassen schoon te houden van onkruiden, totdat het gewas groot genoeg is. Het onkruid krijgt dan minder kans.

6 juni 2010; onkruidbestrijding

In deze tijd van het jaar zijn we druk met het bestrijden van de onkruiden in de diverse gewassen.
Zo zijn we al 1 keer door de uien en de suikerbieten geweest. En nu ben ik in de aardappels aan het lopen om wat hoefblad- en distelplekken aan te pakken met de foetsiespuit. Een veel voorkomende onkruid op dit moment op mijn bedrijf is varkensgras. Het is een moelijk te bestrijden onkruid. Vooral in een wat schraal, droog voorjaar komt dit onkruid meer voor. En vooral op de kopakkers. Chemisch probeer ik het onkruid te bestrijden maar dat valt niet mee. Verder valt het nog mee met onkruid op ons bedrijf. De regen van vorig weekend was niet echt veel, 7 mm. De gewassen zijn er van opgefrist, maar door de harde noorden wind was deze neerslag snel verdampt. Komende week word natter weer voorspeld. Ben benieuwd. Misschien word het wel weer te nat. Het is ook nooit goed. De tarwe is nu inmiddels in de aar gekomen. In de aardappels heb ik vanmorgen de eerste bestrijding tegen phytophtora uitgevoerd. De winterpeen is mooi opgekomen. Er staan voldoende planten, rond de 90-100/meter.

24 januari 2010; reparatie stortbak, aardappels gegast

Afgelopen week hebben we in de stortbak 2 nieuwe rubberstrippen gezet. Deze waren helemaal versleten.  De stortbak wordt gebruikt tijdens de oogst van uien en aardappelen. De kipwagen met het geoogste produkt wordt in deze bak gekipt waardoor de aardappels en uien via transportbanden in de bewaring komen. Omdat de strippen versleten zijn kan aardappel of uienverlies optreden. Ook beschadigingen komen dan voor. De zijkanten van de stortbak hebben we met de heftruck eruit getild. De kettingen en lagers hebben we ook meteen gesmeerd.

24 januari 2010; reparatie stortbak, aardappels gegast

24 januari 2010; reparatie stortbak, aardappels gegast

De zijkanten van de stortbak hebben we met de heftruck eruit getild.

24 januari 2010; reparatie stortbak, aardappels gegast

De groene nieuwe strip zit erop.

Vrijdag 15 januari heeft Van Wesemael de aardappels gegast. Dit is inmiddels de derde keer dit seizoen. Gassen wordt gedaan om kieming van de aardappels te voorkomen.